Liegende mannen

‘Het is maandag en we slaan groot in bij de AH in Kamperland. Schakers eten natuurlijk meer dan pionnen alleen. ‘Heb jij je bonuskaart bij je?’ vraagt Roland me. Ik schud van nee. Maar een probleem zie ik daar niet in. ‘Ik zeg toch gewoon dat ik hem thuis heb laten liggen. Daar doen ze nooit moeilijk over.’

Roland zegt dat ik dan maar moet afrekenen, want hij krijgt die leugen slecht over zijn lippen. Het is uiteindelijk Harrie die met de perfecte formulering komt. ‘Ik heb geen bonuskaart bij me.’ Geen cent aan gelogen.

Schaken zelf is vergeven van toegestaan bedrog. Je richt bijvoorbeeld al je pijlen op een mataanval, de tegenstander vindt met moeite een sluitende verdediging. En dan sla je genadeloos toe op de andere vleugel. Het is de belangrijkste les die ik ooit leerde van Eddy Sibbing. Misleiding die weggezet wordt onder het kopje inventief.

Er staan vandaag drie Duitsers op het menu. ‘Alert blijven tot de laatste minuut’ grapt een vriend van Roland, ‘want dan slaan ze vaak toe.’ Deze raad is goed besteed. Roland staat met wit al snel drie pionnen voor, maar toch duurt zijn partij daarna nog ruim anderhalf uur. Zijn tegenstander, een afgezakte 2000 speler, weet voortdurend pesterige zetjes te vinden. Wat is er in deze stelling (zie diagram) tegen het opspelen van de d pion, denk ik. Ah juist, Dg3+ en opeens grote problemen voor wit. Als toeschouwer geef ik de winst meermalen weg maar Roland pareert alle dreigingen rustig en mag na bijna vijf uur spelen een zuinige overgave incasseren.

Zelf ben ik met zwart dan al lang klaar. Het gevaarlijkste moment in mijn partij tegen de veertienjarige Leo Konstantinov komt in deze lastig te beoordelen stelling (zie diagram). Onverwacht steekt Leo zijn hand naar me uit en mompelt iets onverstaanbaars. Mijn natuurlijke houding is om uitgestoken handen royaal aan te nemen. Dat had me in dit geval een halfje gekost, want Leo stelde geen remise voor, hij wilde die letterlijk uit me trekken. Ook een vorm van bedrog.

Overigens zou volgens Harrie een protest wegens onjuist remise aanbieden zeker kans maken. De man die de leugen als een waarheid kan laten klinken weet op maandag andermaal geen bonus te incasseren. De tijdnoodfase overleeft hij nog net, maar een ingegraven loper op h8 maakt dat hij feitelijk met een stuk minder speelt. Harrie speelt een stuk minder dan we van hem gewend zijn, dat moet wel de conclusie zijn.

Hij zegt zelf nog nergens gewonnen gestaan te hebben. Het is een bescheidenheid die Roland volkomen vreemd is. Overmoedig in de analyse maar niet durven af te rekenen bij de AH zonder bonuskaart. Ik snap het niet. Een tegenstander van 1870 leugenachtig opwaarderen tot een afgezakte 2000 speler, hij ziet er geen been in.

Harrie steekt anders in elkaar. Hij vindt dat wie de zaken rooskleuriger voorstelt dan ze zijn, dat die zich schuldig maakt aan verdraaiing van de waarheid. Harrie opteert voor een realistische kijk.

Aan mij is realisme doorgaans slecht besteed. Ik zie graag een ruime horizon voor me. Realisme berooft je van mogelijk kansen en doet daarmee de waarheid ook geweld aan. De vraag werpt zich op of er wel valt te leven zonder enige vorm van bedrog.

Ik weet het niet. En wellicht is het beter me te richten op concrete schaakvarianten dan vaag te filosoferen over de waarheid. Wat ik wel weet is dat we Harrie vandaag laten koken, dat heeft mij gisteren ook goed gedaan.

De leugen is snel. Het spreekwoord afmaken durf ik nog niet. Misschien morgen.

Henk

2 reacties op “Liegende mannen

Geef een reactie:

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.